‘Mijn hond is een bindmiddel, ik maak nu makkelijk contact’
Als tiener crost Ruud (56) op zijn brommer de straat van zijn ouderlijk huis in. Zijn vader ziet hem bíj́na over iemands tenen rijden. ‘Ik had zelf niks in de gaten, dus mijn ogen werden met spoed getest. De arts ontdekte een aandoening. In de loop van mijn leven zou ik langzaam blind én doof worden.’
Het syndroom van Usher verloopt bij iedereen anders. Ruud heeft er in zijn jonge jaren weinig last van. ‘Overdag kon ik alles prima zien. Autorijden ging uitstekend, als ik maar thuiskwam voor het donker. Dat bleef heel lang stabiel, maar rond mijn 30e werd het steeds minder relaxt in de auto. Op een gegeven moment kwam ik met een natte rug van het zweet thuis. Toen heb ik de auto voorgoed laten staan.’
Afwijkend
Ruud koestert elk klein beetje dat hij nog ziet. Maar als fietsen niet meer lukt en lopen steeds moeizamer gaat, moet hij concessies doen. ‘Mijn taststok heeft een tijdje werkloos bij de voordeur gestaan. Ik dacht steeds: morgen begin ik. Er zat toch wat schaamte omheen, zo’n witte stok. Je bent ineens afwijkend. Ondertussen bleef het slechter gaan en stopte ik met werken. Ik deed onderhoud van showtuinen, maar zag het onkruid niet meer.’
Afscheid
Als jongeman van 32 jaar is Ruud niet van plan om thuis te zitten. Gelukkig komt er een nieuwe functie op zijn pad. ‘Ik zat ineens op kantoor, achter de computer. Een hele overgang, maar ik zag het als een nieuwe uitdaging. Het was heel fijn om dagelijks contact te maken met collega’s. Helaas was het van korte duur. De scherpte in mijn ogen nam verder af en daardoor maakte ik fouten. Toen moest ik permanent afscheid nemen van mijn werk.’
Aanmodderen
De achteruitgang in zijn ogen is niet te stoppen, maar Ruud blijft vechten voor zijn zelfstandigheid. ‘Klusjes buiten de deur deed ik het liefst zonder hulp. Dat was best aanmodderen. Met pijn en moeite las ik de straatnaambordjes, of de verpakkingen in de supermarkt. Ik wilde me dat niet laten afnemen.’ Op een dag botst Ruud met een ramkoers tegen een voorbijganger en bezeert zich behoorlijk. ‘Dat was schrikken. Ik was gevaarlijk bezig, besefte ik toen.’
In beweging
Met grote tegenzin leert Ruud lopen met een taststok. Een excuus om binnen te blijven is makkelijk gevonden. ‘Ik werkte niet en mijn sociale netwerk was klein. Natuurlijk had ik mijn vrouw en kinderen, maar daar kun je niet altijd op leunen. Ik vereenzaamde een beetje. Op het dieptepunt kwam mijn vrouw op het idee om een geleidehond te nemen. We hoopten allebei dat ik weer in beweging zou komen. Dat ik weer contact zou maken met de buitenwereld.’
Bindmiddel
Blindengeleidehond Davey doet zijn intrede en zorgt voor een kleine revolutie. ‘Het was een prachtbeest: zo’n goedzak. Ik ging weer met plezier de deur uit en lange wandelingen maken. Samen met Davey voelde ik meer zelfvertrouwen, maakte makkelijker contact. Een hond is echt een bindmiddel. Onderweg had ik al snel een kletspraatje, maar ook diepere en bijzondere gesprekken. Omdat hij overal rustig ging liggen, nam ik hem ook makkelijk mee naar vrienden. Ik leefde weer helemaal op in die tijd.’
Met pensioen
Davey en Ruud zijn 6 jaar lang een twee-eenheid. Dan moet de hond met pensioen. ‘Davey heeft mijn vrijheid teruggegeven. Samen met hem heb ik sociale contacten opgebouwd, het ov getrotseerd, opleidingen gedaan, een massagepraktijk opgestart. Dat was zonder hem niet gebeurd. Toen Davey met pensioen ging was dat best moeilijk. Hij bleef in de familie en ging bij mijn zoon wonen. Ik keek enorm uit naar een nieuwe hond, maar afscheid nemen was ook lastig.’
Power
De volgende blindengeleidehond is Racoon. In karakter is hij de tegenpool van zijn voorganger, zo merkt Ruud bij de eerste kennismaking. ‘Hij was druk: ging gelijk op zijn rug liggen, happen en spelen. Dat was even wennen. Racoon bleek ook sterk. Toen wij voor het eerst samen een rondje liepen dacht ik: zo, daar zit power in! Hij twijfelde niet en nam lekker veel initiatief. Maar het was ook een heel gevoelige hond, die me continu in de gaten hield.’
Trouwe hondenogen
Ruud is massagetherapeut en doet fanatiek aan hardlopen bij Running Blind, een stichting voor sporters met een visuele beperking. ‘Racoon rent niet mee, maar hij brengt me naar het startpunt. Ik pak de geleidebeugel en ga gewoon de deur uit. Die vrijheid is onbetaalbaar. Racoon en ik verstaan elkaar goed; hij ziet snel wat ik nodig heb. Ook als ik me wat minder voel. Dan legt hij zijn kop op schoot en kijkt me met zijn trouwe hondenogen aan. Mijn vrouw ziet ook wat Racoon voor mij betekent. Daar wordt ze heel vrolijk van.’