Onze hondenrassen
Alles over de labrador retriever, de golden retriever en de Duitse herder
KNGF Geleidehonden werkt voornamelijk met 3 hondenrassen voor het opleiden van de beste hulphonden. Dat zijn de labrador retriever, de golden retriever en de Duitse herder. Lees hier meer over de karaktereigenschappen van hulphonden en leer meer over deze rassen.

Karaktereigenschappen hulphonden
Sinds de oprichting van KNGF in 1935 hebben we veel kennis opgedaan over verschillende hondenrassen. Om een goede, fijne hulphond op te leiden, is het belangrijk dat de hond over bepaalde karaktereigenschappen beschikt. De ideale hond is:
- Vriendelijk
- Stabiel
- Mens/baasgericht
- Werklustig
- Goed te trainen
Nu bestaan er meer hondenrassen met deze eigenschappen, maar er zijn meer voorwaarden waaraan onze hulphonden moeten voldoen. Ook het formaat speelt bijvoorbeeld een rol. Zo moet de blindengeleidehond groot genoeg zijn om zijn visueel gehandicapte baas veilig te geleiden op straat. Stel dat er onverwacht een greppel is die de doorgang verspert, dan heeft de hond geleerd standvastig te weigeren om door te lopen (en zijn baas mee te nemen naar een veilige doorgang). Je kunt je voorstellen dat dit alleen een grotere, krachtige hond lukt. En bijvoorbeeld de PTSS-assistentiehond vormt vaak letterlijk een buffer tussen andere mensen en zijn baas. Bij een (middel)grote hulphond heeft dit meer effect dan bij een kleinere hond.
Een ander voordeel van de rassen waarvan wij gebruik maken is dat ze relatief gezond oud worden en hun werk lang en met plezier kunnen blijven doen. Dat laatste is belangrijk: we hechten er aan dat de hond zijn taak met blijdschap uitvoert, want alleen zo kan hij een hecht koppel vormen met zijn baas. Werkt hij liever niet, dan is hij niet geschikt als hulphond.
Lees hier meer over waarom we voor deze rassen kiezenOm prettig met een hond te werken is het belangrijk dat de afstand tussen baas en hond niet al te groot is. Alleen dan kan er op de juiste manier met de beugel worden gewerkt. Een geleideteckel zou daarom bijvoorbeeld een heel slecht idee zijn.
– Ingrid Nijman (fokspecialist bij KNGF)
Hulphonden van KNGF
Na met verschillende rassen gewerkt te hebben, is het duidelijk geworden dat assistentiehonden van de rassen labardor retriever, golden retriever en Duitse herders (of kruisingen van deze drie), het beste aan de voorwaarden van een hulphond voldoen. Lees hieronder meer over deze specifieke rassen.
Een labrador retriever is een stevige en breedgebouwde hond. De beharing van de hond is kort en gesloten. Dit ras komt in 3 kleurvarianten voor: zwart, geel en chocoladebruin. Deze hond heeft hangende oren. Lees hier meer over de oorsprong, het karakter en de training van dit bijzondere ras.
Een golden retriever heeft een langharige vacht, met een dikke wollen ondervacht. De kleur varieert van goud tot roomkleurig. Veel mensen vinden de vacht prachtig om te zien. Deze vacht is echter wel bewerkelijker dan die van een labrador retriever of een Duitse herder. Een golden retriever heeft hangende oren. Lees hier meer over de oorsprong, het karakter en de training van dit bijzondere ras.
De Duitse herder is een middelgrote, gespierde hond. De vachtkleur kan variëren van zwart, wolfsgrauw tot donker met gele tinten. De beharing van een Duitse Herder kan langharig zijn, maar ook stokharig of langstokharig. Een stokharige vacht heeft een stugge, stevige bovenvacht en een dichtere wollige ondervacht. De oren van een Duitse herder staan rechtop. Lees hier meer over de oorsprong, het karakter en de training van dit bijzondere ras.
Inmiddels lopen er 661 superteams in Nederland rond, bestaande uit hulphond en cliënt. Deze teams zijn door onze zorgvuldige matching succesvol bij elkaar gebracht.
De kwaliteit van leven mét hulphond scoort gemiddeld een 8,2 onder cliënten met een hulphond. Dit versus een 4,7 zonder hulphond.
Elke hond is uniek
Ondanks de fantastische eigenschappen van deze rassen, is elke hond natuurlijk uniek. Binnen deze rassen kunnen de honden nog behoorlijk verschillen in bouw en karakter.
- Een labrador retriever is heel sociaal, soms zelfs iets té sociaal, waardoor hij wat druk kan worden.
- Een Duitse herder kan weer minder goed tegen verandering. Hij is soms feller en blaft en piept meer dan de andere 2 rassen. De Duitse herder kan er gevoelig voor zijn als hij niet helemaal correct wordt aangestuurd door zijn baas.
- De golden retriever is zachtaardig en voorzichtig. Soms zelfs té voorzichtig, terwijl van een hulphond soms daadkrachtige besluiten worden verwacht.
Kortom, ook bij deze rassen luistert het nauw met welke honden je verder gaat fokken en welke je kruist, om de ideale geleidehond te fokken en op te leiden.
Eigen fokprogramma van KNGF
Daarom fokt KNGF Geleidehonden al jaren haar eigen honden, waarbij de nadruk ligt op de karaktereigenschappen die handig en gewenst zijn voor respectievelijk de blindengeleidehond, de buddyhond kind, de buddyhond PTSS of de assistentiehond voor mensen in een rolstoel. Voor elk nest kijken we wel 5 generaties terug en proberen zo de ideale karaktereigenschappen samen te brengen. Voor het fokken selecteren we alleen de honden die over de gewenste eigenschappen voor het geleidewerk én een uitstekende gezondheid beschikken.