Plato? Dat is écht iets voor Bert!
Een hond met de naam Plato? Die moet wel bij een filosofisch ingestelde cliënt worden geplaatst. Dat blijkt ook zo te zijn. Lees hoe Plato de wereld van Bert groter maakt.
Wennen aan elkaar
Plato woont sinds juni bij Bert Hassink, die door een spierziekte is gebonden aan een rolstoel. Bert was aangenaam verrast door de naam van zijn eerste assistentiehond. Bert: ‘Socrates vind ik een belangrijk filosoof, en Plato was zijn leerling. Mijn Plato staat natuurlijk ook nog aan het begin van zijn carrière dus dat is een mooi toeval.’
Bert en Plato zijn nog aan elkaar aan het wennen. Bert: ‘In de korte tijd dat Plato nu bij ons is, heeft hij zich al onmisbaar gemaakt. Ik merk nu pas hoeveel makkelijker alles wordt met Plato. Eigenlijk had ik het kunnen weten, want ik heb tot nu toe bij alle hulpmiddelen die ik aanvroeg heel lang gedacht: ik red het nog wel zonder. En als ik ze dan had, dacht ik: had ik het maar eerder gedaan.’
Wat wil Plato?
Toen Plato net bij Bert woonde, vond hij het soms moeilijk om in te schatten wat Plato wilde. Bert: ‘Plato heeft een stoïcijnse kop en donkere ogen, waardoor ik hem in het begin niet goed kon peilen. Ik was soms onzeker of hij het naar zijn zin had bij ons en heb daarvoor de hulp van een KNGF-instructeur bij ingeschakeld. Zij verzekerde me dat Plato het uitstekend naar zijn zin heeft bij ons. Inmiddels weet ik dat ook. Ik zie dat Plato helemaal opgenomen is in ons gezin en dat we helemaal aan elkaar gewend zijn.’
Foto: Marieke Duijsters
Samen op pad
De grootste winst van Plato? Daar hoeft Bert niet lang over na te denken: ‘Plato kan en mag overal mee naartoe. Ik doe veel vrijwilligerswerk en Plato gaat dan mee. Ik werk bijvoorbeeld in een verpleeghuis voor dementerende mensen en de bewoners vinden het fijn als ik Plato bij me heb. Het lukt daar trouwens niet om duidelijk te maken dat Plato niet geaaid mag worden als hij aan het werk is. Dat geeft ook niet: dat kan ik ook niet vragen van die mensen.’
De zwarte labrador zorgt voor veel enthousiaste reacties. Ook bij de thuiszorgmedewerker, die normaal gesproken niks van honden wil weten. Bert: ‘Zelfs zij is dol op Plato. Dat komt omdat hij rustig is.’ Ook in het ziekenhuis wordt er enthousiast gereageerd door de artsen op Plato. Bert: ‘Het is mooi om te zien dat hij overal welkom is en dat hij er zo bij hoort.’
Meer dan een hulpmiddel
Voor Bert is Plato niet alleen een praktisch hulpmiddel, maar ook goed gezelschap. Hij vindt het belangrijk dat Plato de kans krijgt om gewoon hond te zijn. Bert: ‘Ik zorg ervoor dat hij ook lekker mag rennen. Bijna elke ochtend ben ik zo een uur met Plato op pad en kan hij deels loslopen. Als ik hem dan zie rennen als een jong veulen in de wei geniet ik daar erg van. En als ik één keer op de claxon van mijn rolstoel druk, staat hij weer naast me. ‘
Is het dan alleen maar rozengeur en maneschijn? Eigenlijk wel, op die ene regenachtige dag na. Bert: ‘Plato houdt, net als ik trouwens, niet zo van regenachtig weer. Als we naar buiten gaan, ga ik eerst, en volgt Plato mij. Daarna trekt hij, met behulp van een touw, de deur achter me dicht. Toen hij net hier woonde en het hondenweer was, reed ik naar buiten en bleef Plato binnen staan. Vervolgens duwde hij de deur dicht, om aan te geven dat hij niet van plan was om naar buiten te gaan. Daar hebben we enorm om moeten lachen.’