Misschien denk je, o schattig, puppy’s, wie wil er nou niet met puppy’s werken? Maar hoe ingewikkeld dat soms is, kan Petra Klomp je wel vertellen. Ze is al zo’n 20 jaar puppy- en pleeggezinnen instructeur bij KNGF Geleidehonden. In dit blog vertelt Petra wat er zoal komt kijken bij het opvoeden van pups en het begeleiden van pleeggezinnen.

Petra: ‘Het werk is iedere keer anders. Samen met het pleeggezin sta je telkens voor dezelfde uitdaging: alles doen om de jonge hond zover te krijgen dat hij naar school kan. Daar doen we allemaal ons best voor. Puppy’s opvoeden is namelijk ingewikkelder dan het trainen van volwassen honden. Niet dat ik mijn collega’s te kort wil doen die er knappe geleidehonden van maken. Maar ons werk wordt nog weleens onderschat. Pups ontwikkelen zich razendsnel. En elke paar maanden verandert hun gedrag, omdat ze bij wijze van spreken van baby-fase naar jong volwassene gaan. Met pups krijg je te maken met opvoedgedrag en elke paar maanden verandert dat gedrag weer. Voor de pleeggezinnen kan dat best lastig zijn.’

Ook pleeggezinnen willen instructie op maat

Als instructeur van puppypleeggezinnen bezoek je de pups thuis of spreek je met het pleeggezin in de stad af. Je bespreekt het gedrag van de pup, bekijkt de vorderingen en je leert de pleeggezinnen hoe ze bepaalde dingen kunnen aanleren bij hun pup, zoals commando’s en gewenst gedrag. Als instructeur heb je te maken met de pup, maar ook met de pleeggezinnen. Petra: ‘Iedereen begint aan de opvoeding met de beste bedoelingen. Soms lukt het niet direct en dan kunnen we als instructeurs helpen. Goed advies op maat lukt alleen als je je kunt aansluiten bij de leerstijl van de mensen. Hierdoor blijft het een heel boeiend beroep.

Ingewikkeld en onvoorspelbaar

Puppy-instructeur zijn is dus best ingewikkeld, waarbij je veel ballen tegelijk in de lucht moet houden. Petra: ‘Daarnaast speelt er de onvoorspelbaarheid van dit werk. Je moet continu kunnen schakelen en soms is er helemaal geen structuur in te vinden. Neem bijvoorbeeld een stadsbezoek. Dan spreek je met een pleeggezin af bij een station en bekijk je daar de vorderingen van de pup. De tijd is beperkt, want je hebt meerdere bezoeken per dag en je bent afhankelijk van wat je onderweg tegenkomt. Je moet in een flits die duif opmerken waar je met de hond langs wilt lopen om te zien hoe hij reageert, het kind dat verderop aan een ijsje likt en waar je een afleidingsoefening van wilt maken en die andere hond in het vizier krijgen waar je langs wilt lopen. Tegelijkertijd ben je het pleeggezin van alles aan het uitleggen en let je op het gedrag van de hond.’

Strenge selectieprocedure

De selectie voor deze functie is zorgvuldig, want daarna volgt een lange inwerktijd voordat je zelfstandig al die ballen in de lucht kunt houden. Petra is een van de mensen die nieuwe instructeurs onder haar hoede neemt. ‘Het inwerken van nieuwe instructeurs vind ik minstens zo leuk als het begeleiden van pleeggezinnen’, aldus Petra. ‘We hanteren een strikte selectieperiode, omdat iemand vervolgens 1-op-1 door mij wordt opgeleid. Doordat ik veel tijd moet steken in een nieuwe collega, kan ik die tijd niet besteden aan de pleeggezinnen. Hoe zorgvuldig we ook selecteren en hoe uitgebreid we nieuwkomers ook inwerken, alsnog kunnen we niet voorkomen dat soms de helft van de mensen die we aannemen uiteindelijk niet doorgaat in deze functie.’

Teveel tegelijk kunnen doen kan niet iedereen

Veel mensen struikelen over het feit dat ze heel veel tegelijk moeten kunnen tijdens dit werk. Petra: ‘Ooit legde een collega mij goed uit waarom hij het werk niet aankon. Hij schetste de volgende situatie: “Dan sta ik in de gang bij de voordeur en dan moet ik de hond aanlijnen en het dekje omdoen. Terwijl ik op de hond let en het goed moet voordoen en het beloningsbrokje op de juiste plek moet houden, vertelt het pleeggezin me dat de hond poep eet en vraagt wat ze daaraan moeten doen. En dan moet ik op dat moment ook nog zorgen dat het pleeggezin leert hoe ze zelf het dekje het makkelijkst omdoen. Dat is gewoon een handeling te veel voor mij.” Je hebt beperkt de tijd om instructie te geven, want daarna heb je een volgende afspraak bij een ander gezin. En dan heb ik het nog niet over de acute telefoontjes die je tussendoor krijgt van pleeggezinnen die het even helemaal niet meer weten en alle mailtjes die je moet afhandelen.’

Praktisch en theoretisch

Voor dit vak moet je de dingen praktisch kunnen uitvoeren en theoretisch kunnen snappen. Petra: ‘We kijken tijdens de selectieprocedure goed naar de handling van iemand. Is iemand niet praktisch ingesteld, dan past dit beroep niet echt. Degenen die de selectieprocedure wel halen, kunnen rekenen op een lang inwerktraject. Zo duurt het een half jaar voordat je zelfstandig gesprekken kunt voeren met aspirant puppypleeggezinnen. Dan duurt het nog een half jaar voordat je zelfstandig stadsbezoeken kunt afleggen. En dan is het vooral veel ervaring opdoen. Pas na ongeveer 3 jaar is een instructeur in staat om zelfstandig een stadsevaluatie uit te voeren en te bepalen of een hond klaar is om naar school te gaan.’

Zelfredzaam

Welk advies heeft Petra voor mensen die willen solliciteren op de functie van puppypleeggezinnen-instructeur? ‘ Realiseer je dat je goed tegen veranderingen moet kunnen. En dat je met mensen werken leuk moet vinden. Je bent namelijk minstens zoveel met mensen bezig als met honden. Je moet vooral happy zijn in een solobaan. De auto waarin je werkt is namelijk ook je kantoortje en je kantine. En hoe leuk en lief de pleeggezinnen ook zijn, je bent toch vaak alleen onderweg. Je moet dus zelfredzaam zijn. Je collega’s spreek je voornamelijk over de telefoon en af en toe tijdens een groot afdelingsoverleg. Lijkt het je nog steeds leuk? Solliciteer dan gewoon. Het werk is eigenlijk zo divers, het is maar moeilijk in een paar woorden te vangen.’

Geen openstaande vacatures

Momenteel hebben wij geen openstaande vacatures. Houd onze website in de gaten en volg ons op LinkedIn om op de hoogte te blijven.

Onze website gebruikt cookies